Komst als kolonist
Op 10 februari 1821 sloot Den Haag een contract met de Maatschappij van Weldadigheid voor 12 kinderen en 4 huisgezinnen (zie het document “stamlijst komst als kolonist”). De uitverkorenen waren de gezinnen van Pieter Elsing, Johan Godfried Klijn, Johan Gottfriedt Leonhardt en Pieter Stuijver. De reis naar de kolonie, met de jonge gezinnen, begon op 6 juli 1821[1].
De reis, een hele onderneming
De reis was een hele onderneming: eerst met de trekschuit van Den Haag via Leiden naar Amsterdam. Hier kwamen ze aan bij de Hoornbrug en overnachtten ze in de kazerne aan de Utrechtsepoort. De volgende dag gingen ze met de trekschuit van de Texelsche kade naar Blokzijl, daarna stapten ze over op een platbodem. Na circa twee uur bereikten ze Steenwijk. Het laatste stuk naar Frederiksoord reden ze met de omnibus/paardentram.
De gezinnen kwamen op 15 juli 1821 aan in de kolonie en kregen een hoeve toegewezen. Het gezin van Pieter en Johanna werd geplaatst op hoeve 41, later is dit nummer 52, op de hoek van Vallaatweg en Oostvierdeparten (zie de foto “Kruising Oostvierdeparten en Vallaatweg”).
Het gezin Leonhardt kwam op hoeve 50, waar ze tot zeker 1848 bleven wonen Het gezin Elsing op hoeve 48, waar ze bleven wonen. Het gezin Klijn kwam op hoeve 35 terecht.
Voetnoten
- Familie Elsing had 6 kinderen en 1 voorkind, familie Klijn 4 kinderen. Familie Leonhardt en Stuiver hadden 3 kinderen en Johanna was hoogzwanger van het 4e kind.
Pieter en Johanna
Pieter Stuijver en Johanna Zakkee werden geboren in 1792 in Den Haag en allebei gedoopt in de Groote Kerk.
Bij hun huwelijk, op 9 juni 1813 in Den Haag, waren zijn beide ouders overleden. Haar ouders waren aanwezig en gaven toestemming. Haar ouders hebben de akte niet getekend, want ze konden niet schrijven.
Pieter was loodgieter, Johanna (markt)koopvrouw. Na het huwelijk werd Pieter soldaat. Bij de geboorte van het derde kind in 1819 was hij kruier en later opperman. In totaal kregen Pieter en Johanna 11 kinderen, waarvan er acht in de kolonie werden geboren.
De 11 kinderen van Pieter en Johanna
Naam | Geboortedatum | Woonplaats | Aangifte |
Catharina | 8-4-1814 | Den Haag | Den Haag |
Pieter Jan | 25-10-1815 | Den Haag | Den Haag |
Willem Fredrik | 26-5-1819 | Den Haag | Den Haag |
Pieter | 23-9-1821 | Frederiksoord kolonie 4 | Vledder |
Maria | 17-10-1822 | Frederiksoord kolonie 2 | Vledder |
Sophia Frederika | 12-11-1824 | Kolonie 4 onder Noordwolde | Weststellingwerf |
Franciskus | 14-10-1826 | Kolonie 2 onder Noordwolde | Weststellingwerf |
George | 25-9-1828 | Kol. Frederiksoord onder Noordwolde | Weststellingwerf |
Anthonie | 13-6-1830 | Kol. Frederiksoord onder Noordwolde | Weststellingwerf |
Johannes | 23-10-1832 | Kol. Frederiksoord onder Noordwolde | Weststellingwerf |
Johanna | 24-4-1834 | Kol. Frederiksoord onder Noordwolde | Weststellingwerf |
Na 17 jaar verhuisden ze naar hoeve 62, die na 1853 genummerd werd als hoeve 59 en na 1865 als nr. 215. Dat is nu Oostvierdeparten 34 in Noordwolde, het huis staat er nog.
Bij de volkstelling van 1839 werd het gezin van Pieter Stuijver geteld in Noordwolde en wonend in huisnummer/hoeve 62.
In Den Haag staat Pieter Stuijver in 1844 ingeschreven omdat hij bijstand kreeg:
in 1844, 1845 en 1846 tezamen f 46.80, “alleen des winters tot 31 maart benevens spaarzaam medicijnen toegestaan”. In 1860, bij de reorganisatie van de Maatschappij van Weldadigheid, is Pieter vrijboer geworden.
Op 2 februari 1862 is hij overleden in het huis nummer 59 in Frederiksoord onder Noordwolde. Hierna is Johanna op 18 maart 1864 verhuisd naar hoeve 12, na 1865 als hoeve 168 genummerd. Dit is aan de Westvierdeparten. Deze kolonistenwoning is afgebroken.
Johanna is overleden op 26 januari 1872.
De kinderen en kleinkinderen van Pieter en Johanna
Catharina Stuiver
De oudste dochter van Pieter en Johanna, Catharina, huwde met Frederikus Wilhelmus Leonhardt, op 7 juni 1844. Zij zaten, samen met hun ouders, op de boot vanuit Den Haag naar de kolonie en hebben altijd bij elkaar in de buurt gewoond. Allebei hadden ze ontslag aangevraagd en gekregen uit de Maatschappij van Weldadigheid. Ze vertrokken naar Noordwolde en kregen vijf dochters en één zoon.
De kinderen van Catharina en Frederikus
De dochters van Catharina en Frederikus, Sophia Frederika[2] en Maria, kwamen door hun huwelijk in Vledderveen terecht.
Frederika woonde vanaf 1868, met haar echtgenoot Egbert Kanon, bij haar schoonouders in op Vledderveen nr. 132. Daar werden hun zes kinderen geboren. Met Egbert en kinderen verhuisde ze naar Vledderveen nr. 146 en later nr. 164, waar Egbert overleed in 1888 toen de jongste dochter nog maar anderhalf jaar oud was. Daarna verhuisde Frederika nog een keer naar Vledderveen nr. 162 om in 1896 naar Noordwolde te gaan.
Dochter Maria woonde vanaf 1877 in Vledderveen nr. 136 met man Douwe Landkroon en hun kind. Een jaar later trokken ze in Vledderveen nr. 145. Daar werden nog zes kinderen geboren. Maria overleed in 1888. Douwe hertrouwde en bleef in Vledderveen wonen.
Pieter Jan Stuiver
Via een omweg[3] kwam Pieter Jan (de oudste zoon van Pieter en Johanna) weer terug in de kolonie.
De zoon van Pieter Jan
Franciscus verhuisde in 1880, na zijn huwelijk met Anna Berkenbosch, naar Vledderveen nr. 194. Hun eerste vijf kinderen werden in Vledderveen geboren. In 1891 vertrokken ze naar Noordwolde om daar te gaan wonen in wijk A 214a. Hier werden nog drie kinderen geboren.
Voetnoten
- Roepnaam Frederika
- Haarlem en Noordwolde
Willem Frederik Stuiver
Willem (de tweede zoon van Pieter en Johanna) woonde met zijn gezin in Noordwolde. De ongehuwde dochter van Willem, Aaltje, beviel op 22 september 1887 van zoon Barthlomeus, in Vledderveen, nr. 150. Op 28 september 1889 huwde Aaltje met Bartholomeus de Jong, een maand na de geboorte van hun eerste dochter. Bij het huwelijk werd Barthlomeus niet erkend, maar wel hun dochter. Ze woonden in Vledderveen nr. 168. In 1900 verhuisden ze naar nummer 169 en tien jaar later naar nr. 196.
Samen kregen ze in totaal elf kinderen en hadden ze twee kinderen uit een eerder huwelijk van Bartholomeus in huis.
Barthlomeus en Femmigje
Barthlomeus Stuiver, de zoon van Aaltje, was in 1914 vader geworden, terwijl de moeder van zijn kind, Femmigje Meester, nog thuis woonde. Een paar maanden later trouwden ze en gingen in Vledderveen nr. 188 wonen. In 1916 zijn ze vertrokken naar Boyl nr. 133 en later nr. 175. (Femmigje Meester was de zus van Anne Meester. Lees hier meer over de familie Meester.)
De kinderen van Barthlomeus en Femmigje
Zoon Willem was met Catharina Leonhardt gehuwd in 1874. Catharina was een dochter van Catharina Stuiver en Frederikus Wilhelmus Leonhardt, dus ze zijn neef en nicht. Ze hebben zes kinderen gekregen en altijd in Noordwolde gewoond.
Dochter Wiebigje (van Willem en Catharina) huwde in met 1906 Gerrit Westerhof. Wiebigje en Gerrit gingen wonen in Vledderveen nr. 174 en later nr. 205. Hier zijn hun zes kinderen geboren waarmee ze na 1920 zijn verhuisd naar Enschede. De advertentie is ter gelegenheid van het 25- jarig huwelijk van Willem Stuiver en Catharina Leonhardt, op 23 oktober 1899.
Pieter Stuiver
Pieter was thuis blijven wonen in de kolonie en op 28 januari 1872 overleden, nog geen twee dagen na zijn moeder.
Maria Stuiver
In 1856 was zij gedeserteerd uit de kolonie en huwde met Nicolaas Vermeeren. Samen waren ze gaan wonen in Noordwolde wijk A 224 en hebben twee kinderen gekregen.
In mei 1870 waren Maria en Nicolaas als kolonist in de kolonie 3 te Frederiksoord gekomen op hoeve 170. Met ingang van 1871 als vrijboer op hoeve 380 in kolonie 2, Willemsoord. In 1876 werden ze als gezin ontslagen en vertrokken ze naar Almelo.
Sophia Frederica Stuiver
In 1868 werd Sophia ontslagen uit de kolonie. Ze vertrok naar Vledderveen om op 14 november 1868 met Hendrik Kanon te trouwen. Ze woonden in Vledderveen nr. 113 en daarna in wijk I nr. 136. Hun huwelijk bleef kinderloos.
In 1890 woonden ze in Vledderveen nr. 158 (wijk C) en haar broer George woonde bij hen in. Op 19 oktober 1891 is Hendrik overleden en op 8 juli 1894 overleed Sophia bij een brand (zie het krantenartikel dd 10 juli 1894). George is vertrokken op 13 april 1895 naar Zwolle.
Franciscus Stuiver
Franciscus Stuiver is met ontslag vertrokken naar Noordwolde om een jaar later, gehuwd met Anna Riggerdina Koenrades, terug te keren in de kolonie.
Kinderen van Franciscus en Anna Riggerdina
De dochters van Franciscus en Anna Riggerdina, Johanna en Jacoba, waren door hun huwelijk in Vledderveen komen wonen. Zij waren beiden gehuwd met Sijbrand Bovenkamp Koopman.
Johanna trouwde met Sijbrand en kreeg een kind dat na vijf maanden overleed. Zelf overleed zij een jaar later. Sijbrand is daarna vertrokken naar Noordwolde om daar te trouwen met Jacoba. Dit huwelijk kon plaatsvinden door koninklijke toestemming van regentes Emma.
Na hun huwelijk zijn Sijbrand en Jacoba in Vledderveen nr. 157, later nog in nr. 156 en nr. 161, getrokken. Ze hebben negen kinderen gekregen, waarvan drie levenloos ter wereld kwamen.
Ook dochter Sara Cornelia was na haar huwelijk met Menso Bokhorst in Vledderveen gaan wonen, in nr. 170, en later verhuisd naar nr. 166. Ze hebben vijf kinderen gekregen.
Sara overleed op 31 mei 1908, waarna Menso met zijn kinderen in Vledderveen nr. 198 is blijven wonen. In 1911 hertrouwde hij en bleven ze ook in Vledderveen wonen. Menso heeft van 1919 tot 1923 in de gemeenteraad van Vledder gezeten.
De kinderen van Jacoba en Sijbrand
Zoon Franciscus Koopman was bij zijn schoonouders, van Waveren, in gaan wonen in Vledderveen nr. 171. Later verhuisden ze naar Vledderveen nr. 161.
Zoon Thijs Koopman huwde in 1921 met Marrigje Huisman, wonende in wijk II in een keet als turfarbeidster en turfmaker. Samen gingen zij wonen in Vledderveen nr. 171. Ze vertrokken later naar Wapserveen.
De zoon van Sara Cornelia en Menso
Hun zoon Menso was gehuwd op 17 mei 1919 met Jannetje de Jong. Zij was de dochter van Aaltje Stuiver en Bartholomeus de Jong.
Ze zijn gaan wonen in Vledderveen nr. 198, naast de ouders van Jannetje. Menso was boendermaker.
De zoon van Franciscus Koopman
De zoon van Franciscus, Abraham, was gehuwd met Hendrica de Jong en woonde in Vledderveen nr. 158. Ze hebben hier acht kinderen gekregen, waarvan er twee al heel jong overleden.
In 1912 zijn ze vertrokken naar Noordwolde, waar nog twee kinderen levenloos ter wereld kwamen.
Hun kleindochter Annigje, van Jan, huwde met Tinus van Nieuwenhoven. Zij woonden in Vledderveen nr. 216 = Grensweg 10.
![Krantenartikel begrafenis George deel 1 Krantenartikel begrafenis George deel 1](https://geschiedenis.vledderveendrenthe.nl/wp-content/uploads/familie-stuiver-4-236x300.jpg)
![Krantenartikel begrafenis George deel 2 Krantenartikel begrafenis George deel 2](https://geschiedenis.vledderveendrenthe.nl/wp-content/uploads/familie-stuiver-5-224x300.jpg)
![Krantenartikel begrafenis George deel 3 Krantenartikel begrafenis George deel 3](https://geschiedenis.vledderveendrenthe.nl/wp-content/uploads/familie-stuiver-6-226x300.jpg)
George Stuiver
George Stuiver is vertrokken uit de kolonie met ontslag in 1858, om vier jaar later weer te worden opgenomen en bij zijn ouders te gaan wonen. In 1865 kreeg hij weer ontslag en ging hij in Noordwolde wonen, waar hij trouwde met Antje Kallenkoot. Zij was een ongehuwde moeder met een zoon van drie jaar oud. Ze kregen met een tussenpoos van tien jaar twee kinderen, waarvan de tweede in Meppel werd geboren.
In 1878 en 1885 werd er in het algemeen politieblad een oproep gedaan om achter de verblijfplaats van Antje te komen. In 1878 stond erbij dat zij drie jaar geleden haar man had verlaten en rondreisde met een ander.
George reisde veel in de buurt rond om te werken en had ook bij zijn zus Sophia Frederica en haar man in Vledderveen nr. 158 gewoond. In 1895, na het overlijden van beiden, is George vertrokken naar Zwolle om twee jaar later weer in Vledderveen te komen.
Op 10 februari 1900 overleed hij in “zijnen woonhuisje nr. 132” (zie krantenartikel over begrafenis George).
Anthonie Stuiver
Anthonie is in 1856 met ontslag vertrokken uit de kolonie, huwde met Willemina Catharina Schaeffer en keerde in 1860 terug. Nadat hij afstand had gedaan van het vrijboerschap in 1900 zijn ze in Vledderveen nr. 131 komen wonen en later in nr. 158. Op 26 september 1904 is het echtpaar met een aantal kinderen vertrokken naar Duitsland. Na een paar jaar keerden ze weer terug in Vledderveen nr. 131 en later nr. 232. Na het overlijden van Willemina ging Anthonie ‘zwerven’ van het ene adres naar het andere.
De kinderen van Anthonie en Wilhelmina
De zoon van Anthonie en Wilhelmina, Jan Conrad, was gehuwd met Jannetje Kok en een jaar later in Vledderveen nr. 170 komen wonen. Ze woonden hier negen maanden en zijn toen vertrokken naar Vollenhove. Jan Conrad was veldwachter.
De tweede zoon van Anthonie en Wilhelmina, Anthoon, was na zijn huwelijk met Antje Wiederhold in Vledderveen nr. 136 en later nr. 131 komen wonen. Al hun zes kinderen werden hier geboren. Ook zijn vader woonde een paar keer voor een aantal maanden bij hen in.
Zoon van Anthoon en Antje
Hendrik Jan , de zoon van Anthoon, was gehuwd met Geertruida Flobbe die was geboren in Vledderveen. Ze woonden in Leemwiek 206 = Jan Wapstraweg.
De derde zoon van Anthonie en Wilhelmina, Jacobus Johannes, was via Duitsland en weer terug, in de kolonie én een paar jaar in Noordwolde, in Vledderveen beland na het overlijden van zijn eerste vrouw. Hij woonde met hun twee kinderen een paar maanden in nr. 158 en is daarna vertrokken naar Noordwolde, waar hij hertrouwde.
Johannes Stuiver
Johannes is in de kolonie gebleven en was ongehuwd.
Op 10 april 1897 heeft hij ontslag gekregen en is vertrokken naar Haarlem op 65-jarige leeftijd.
Johanna Stuiver
Johanna was in 1859 gedeserteerd naar Noordwolde en huwde met Pieter Kok. Ze hebben één kind gekregen. In 1863 overleed Johanna.